woensdag 18 november 2015

Natuurbesef gratis bijgeleverd


Het is ongeveer een jaar geleden dat ik besloot in Den Helder te gaan sporten. Mijn naam is Marga van der Meer, mijn woonplaats van Ewijcksluis. Ik werd lid van Kings Fit, waar meer niet Helderse sporten zoals snel bleek, en ik ging voornamelijk voor de Bootcamp. Okee, het was een beetje een hype aan het worden, maar het leek me de ideale combinatie van buitensport, krachttraining, crosslopen en nog veel meer.  Eigenlijk was ik altijd een beetje allergisch voor het woord sportschool, maar omdat ik nu toch een abonnementje had, en twee ochtenden in de week vrij, deed ik al snel mee met circuittraining, spinning en cardio. Dit blog gaat echter over de buitentraining en in het bijzonder over de natuurervaring die je er als buitensporter gratis bijkrijgt. En niet te vergeten de ontdekking van zoveel erfgoed. Eerlijk is eerlijk Den Helder heeft veel te bieden. Misschien valt het jullie zelf nauwelijks op, voor mensen uit jullie achterland is het best bijzonder. Niet Helderse hebben toch een beetje het (vooringenomen) idee dat het hier om een saaie en tochtige stad gaat, met slecht bestuur en afkalvend winkel bestand (sorry).
Gelukkig had ik zelf wel wat groene voorkennis. Opgedaan tijdens spijbeluurtjes op het Joco, een fout vriendje en later tijdens wat crossloopjes en een 15 km tellende moutainbiketocht. Ik weet nog dat ik dat heel bijzonder vond, zo’n afstand in een stad en dan toch alleen maar gras, bospad, water, dijk en forten. Dat neemt niet weg dat ik dit afgelopen jaar opnieuw verrast was door wat we op bootcamptrainingen tegen kwamen en doorkruisten. Dat waren dan ook intense ervaringen waarbij we niet alleen al onze spieren, maar ook al onze zintuigen hebben ingezet.
Vóór de vorige winter startten we met de bootcampclub in Quelderduyn, direct achter Kings Fit. Een mooi park met heuvelachtige paadjes en steile hellingen, waar we met onze benen door de brandnetels en onze billen door de molshopen gingen. Waar we handmatig parkeerplaatsen verplaatsten en in touwen de bomen testten. Liepen we niet in dit park, dan gingen we De Schooten in, waar wonderwel weer andere parken, oude en nieuwe waren te ontdekken, of we gingen onder de spoorbaan door om in niemandsland te verdwijnen.  In het voorjaar vormde het achter Kings Fit altijd ondergelopen gras een uitdaging en met de eerste mudraces in aantocht doken we door duikers en waadden we door vijvers. Angst, kou en een boze sportschoolhouder trotserend.
Mijn favoriete parcours werd de trail langs en over de Helders Linie, waarbij we bunkers, schietgaten en andere overblijfselen uit de oorlog als obstakels gebruikten. Waar we de trap met één twee of drie treden tegelijk namen en op handen en voeten hellingen op- en afraasden. Soms verlengden we het parcours tot aan het ziekenhuis, waar ooit mijn amandelen zijn geknipt, maar dit terzijde. Al weet ik uit die tijd nog wel dat ook het Timorpark beslist een bezoekje waard is.

Dankzij mijn deelname deze zomer aan de Ultimate Crossrun weet ik nu ook hoe Fort Erfprins er aan de binnenkant uit ziet, hoe erg de sloot achter de volkstuintjes stinkt, hoeveel kroos er in een badmuts past, hoe je tijgert door een strandzandbank en hoeveel bramen er in de duinen niet te vinden zijn.
Nu is het weer najaar en hebben we ons trainingsgebied verplaatst naar de Donkere Duinen.  Dat is zelfs voor Polderse bekend gebied; hier immers werden we als kind uitgelaten op zondag, voerden we de eendjes en beklommen we de rondhouten toren. Anno 2015 is er echter ook de Helderse Vallei, de kanoroute, een nieuwe uitkijktoren en heel veel runderstront. De lestijd op zaterdagochtend is al verruimd tot anderhalf uur om al dit moois te her- en verkennen. Pikken we de zee en de duinen mee dan komt er zomaar een kwartiertje bij.  Het moet dus eigenlijk niet mooier worden daar in Den Helder.